Er is te weinig pluche voor de ambities van de partijen
Het mooiste van naderende verkiezingen vind ik de niet te remmen hoop van de verschillende partijen. Vraag een gemiddelde lijsttrekker naar het verwachte aantal zetels, en hij of zij schat 9 van de 10 keer in dat er winst wordt behaald ten opzichte van vier jaar geleden. Het mooie (en tegelijkertijd het treurige) is dat niet iedereen winst kán maken, omdat het aantal zetels beperkt is. En dus zullen er op 17 maart ontegenzeggelijk verliezers kunnen worden aangewezen.
Zo’n drie jaar geleden, een half jaar voor de herindeling van het Westerkwartier, werkte ik samen met enkele enthousiastelingen aan een verkiezingskrant voor die belangrijke verkiezingen. Daar moet ik bij aanmerken dat de grootste enthousiasteling Richard Lamberst, toen verantwoordelijk voor de redactionele vulling van De Streekkrant, was.
Over Richard moet ik u nog even kort iets vertellen, ter illustratie. Toen ik mijn loopbaan (een vreselijk en niet-passend woord, vind ik) als journalist begon, kwam ik direct met hem samen te werken. Hoewel hij mij vaak van het werk hield met flauwe grappen en geïmproviseerde voetbalquizzen (die – weinig verrassend – telkens door mij werden gewonnen), leerde hij me in de resterende tijd zowaar nog wat over de lokale journalistiek.
Richards hart lag bij het verslaan van de politieke beslommeringen van de raden in Zuidhorn en Grootegast, al keek hij ook met een schuin oog naar Leek en Marum. Dat deed hij met grote overgave en het mocht geen verrassing heten dat Richard later het voortouw nam bij het schrijven van de verkiezingskrant.
Tijdens een belrondje langs de verschillende lijsttrekkers, kwam mijn waarde collega tot een grappige constatering. Hoewel er slechts 33 zetels beschikbaar zouden komen, kwam de gezamenlijke verwachting van de lijsttrekkers ver boven de 40 zetels uit. Plucheboeren in het hele noorden boden zich handenwrijvend aan bij de gemeente, maar de toekomstige gemeente Westerkwartier hield voet bij stuk. Meer dan de vooraf afgesproken 33 zetels zouden er niet komen.
Ik wil er maar mee zeggen dat het ongebreidelde enthousiasme van lijsttrekkers aandoenlijk is, maar ook altijd met een korreltje zout moet worden genomen. Bij Gemeentebelangen Noordenveld zitten ze nu met 9 man in de raad en leveren ze 2 wethouders. Dan kun je heel hard roepen dat je het dit jaar nóg beter wil doen, maar of dat reëel is valt te bezien. Of het wenselijk is al helemaal.
De lokale PvdA en GroenLinks hopen beide op een zeteltje extra. De politiekgeëngageerde Noordenvelder weet inmiddels dat ze weliswaar als duofractie opereren en hun programma samenstellen, maar dat ze twee aparte kieslijsten hebben. Alex Wekema (PvdA) zei daarmee ‘geworsteld’ te hebben. “We wisten niet zo goed of we nou één of twee lijsten zouden doen”, gaf hij toe. Robert Meijer (VVD) liet al eerder optekenen dit hoogst opmerkelijk te vinden en ik moet heel eerlijk zeggen: ik ook. Hoe dan ook, als beide partijen er wel een zetel bij krijgen komt de PvdA op 4 en GroenLinks op 3. De duofractie – rekent u mee? – op 7. Dat is een links blok om ‘u’ tegen te zeggen!
Verder gaf Gerard Willenborg eerder in Politiek op Zaterdag (iedere zaterdag van 11 tot 12 in de ochtend) aan te hopen op 3 zetels voor zijn CDA. Zelf staat hij op de derde plek, dus dat zou betekenen dat deze oudgediende weer een periode mag plaatsnemen in de raad. Al gaf Willenborg ook eerlijk toe politiek soms ‘een twijfelachtige aangelegenheid’ te vinden.
Wie dat niet vindt – daar is ie weer – is Richard Lamberst. Dit jaar staat hij zelf voor een lokale partij op de lijst. Dat verbaast mij, zult u begrijpen, helemaal niet. Iemand die met zó veel passie spreekt over gemeentelijke politiek, moet vooral zelf eens de stap wagen. En, eerlijk is eerlijk, Richard heeft zijn interesse voor de lokale politiek op mij over kunnen brengen. Al bevalt de plek vanaf de perstribune mij te goed om mij richting het pluche te bewegen.