De Rodermarktfeestweek in Roden werd geopend op het Jaarbeursterrein net buiten het centrum van het dorp. Het was een komen en gaan van Noordenveldse bobo’s die op kosten van de organisatie alvast hun eerste drankjes naar binnen werkten.
De tocht naar de Jaarbeurs viel niet mee. Mijn auto stond aan de verkeerde kant van het dorp waardoor ik in de regen dwars door het centrum moest lopen. Druk was het gelukkig nog niet in Roden maar de wandeling was lang genoeg om bril en jas zeiknat te krijgen, waardoor ik bij binnenkomst van de gigantische feesttent eerst uitgebreid met mijn brillendoek in de weer moest.
De tent was bepaald niet tot de nok gevuld. Het officiële momentje trekt ‘de gewone Roner’ nog niet naar het dorp, zij gaan pas ’s avonds Roden in. Wel waren er ondernemers, politici, voorzitters van verenigingen, organisatoren en andere belangstellenden die om één of andere reden bij ieder officieel momentje in de gemeente wel aanwezig zijn, om zich tegoed te doen aan gratis drank en aanverwante hapjes.
De opening verloopt ieder jaar volgens een vast stramien. Handen schudden, praatje, optreden, praatje, burgemeester zegt wat, praatje, Rodermarktlied, praatje, afgelopen, zuipen. Alleen het Rodermarktlied ontbrak dit jaar, een gemiste kans als je het mij vraagt. Omdat de Rodermarkt twee jaar niet (of in afgeslankte vorm) is doorgegaan, voelde het toch weer even bijzonder. Het geheel werd aan elkaar gepraat door een bekende cabaretier waarvan niemand de naam wist. Hij verzon ter plekke liedjes over wat er op het podium gebeurde. Jan Dirk Zwerver nam namens de Stichting G-voetbal ONR een cheque ter waarde van 2500 euro in ontvangst. De cabaretier zong iets in de geest van ‘Jan Dirk, daar sta je dan met een cheque, is het niet gek?’
Gelukkig waren er bitterballen en viel er links en rechts een praatje te maken. Onder andere met agent Harry Prak. Hij hoopte op een rustige Rodermarkt ‘maar ook weer niet te rustig, dat zou niet goed zijn’. De avond ervoor twitterde Harry nog over Polen – Nederland (0-2). De Poolse doelman Szezcesny stelde zich in de ogen van de diender aan en Harry twitterde dat ‘Cesny’ moest leren dat de zestien meter voor ‘de grote jongens’ is. We concludeerden in de tent op het Jaarbeurstterrein dat de naam van de keeper te lastig is om goed te spellen en dat iedereen toch wel wist wat Harry bedoelde.
Even later volgde ik een gesprek tussen raadsleden van Gemeentebelangen Richard en Rikus. Eerstgenoemde is de Sinterklaas van Peize en Rikus is dat in Norg. Een veelgehoorde grap in de raadszaal van Roden is dat de twee ook als politici graag cadeautjes weggeven. De opening van de Jaarbeurs staat meer in het teken van innemen en dus lieten ook zij het biertje en de bijbehorende bitterbal niet links liggen. Rikus presteerde het om mij in een halfuur tijd drie keer Martijn te noemen, zelfs voor hem is dat een prestatie te noemen.
Na een rondje over de beurs – waar enkele stands nog aan het opbouwen waren en de geur van droge worst me tegemoet kwam – keerde ik door de regen huiswaarts. Ik bedacht me dat burgemeester Klaas Smid ieder jaar trots wist te vertellen dat sinds hij burgemeester is, er nog geen Rodermarkt met slecht weer heeft plaatsgevonden. Het geluk van de man met de ketting lijkt na 7 jaar voorbij te zijn. Dinsdag wordt er 8 millimeter verwacht.