Staatssecretaris Maarten van Ooijen toonde zich vandaag enthousiast bij zijn werkbezoek aan Beweegdorp Norg. Van Ooijen noemde het ‘waanzinnig’ wat de Norger stichting voor elkaar weet te boksen.
Beweegdorp Norg werd zo’n 12 jaar geleden opgericht om hiaten in het sportaanbod van het dorp op te vullen. “We wilden geen evenementenorganisatie oprichten, maar ondersteuning bieden waar dat kan”, legt voorzitter Chris Koeneman uit.
Minder medicijnen
Die ondersteuning biedt Beweegdorp Norg onder door met de inzet van sportcoaches. Hiervoor ontvangt de stichting 3 jaar lang een projectsubsidie. “We staan nu op het punt om die subsidie structureel te krijgen.”
Wethouder Jeroen Westendorp ondersteunt het project en de stichting in ieder geval van harte. Hij spreekt van een ‘uniek voorbeeld in Nederland’. “Sporten en gezondheid loopt hier in elkaar over.” Daarmee duidt Westendorp onder andere op de signalen van de huisarts, die ziet dat deelnemers minder medicijnen nodig hebben.
Makkelijker in beweging
Dat komt onder meer naar buiten de programma’s Beweegreden en Wandelreden. Hierbij worden Norgers aan het bewegen gezet, met op de achtergrond professionele begeleiding van onder meer huisarts en fysiotherapeut.
“We zitten aan de voorkant van het gezondheidsvraagstuk”, zegt Koeneman. “Dat zie je onder meer ook bij het programma voor kleuters. Zij krijgen op jonge leeftijd te maken met allerlei vormen van beweging, zodat ze makkelijker in beweging blijven.”
40.000 euro
Staatssecretaris Van Ooijen denkt dat Beweegdorp Norg als voorbeeld kan dienen. “Kijk alleen al naar de titel, die dekt de lading perfect. Vaak zie je dat bewegen iets van iemand zelf is, maar hier is het iets van het dorp.”
Beweegdorp Norg krijgt momenteel 40.000 euro subsidie per jaar. Zo houdt het de kosten voor deelnemers bij de verschillende activiteiten laag. “Wat jullie met dat geld voor elkaar krijgen, is geweldig”, sprak hij. “Op het gebied van preventie is dit een uitstekend initiatief. Bewegen komt telkens terug als oplossing, middel of mogelijkheid om aan de slag te gaan.”
