“Er ligt een heel oude wereld onder onze voeten. Wie weet wat we hier nog gaan vinden!”, aldus Jelke Take van het archeologisch onderzoeksbureau De Steekproef. Deze zomer, en ook volgend jaar nog, gaan verschillende archeologen van het bureau en van de stichting Steentijd Onderzoek Nederland (STONE) diepgravend onderzoek doen naar Neanderthaler-sporen. Sporen die zeker 50.000 jaar oud zijn.
Al twintig jaar lang hebben archeologen aan de oppervlakte gezocht naar sporen uit de Neanderthalertijd, op een akker vlak bij Peest, langs de Donderseweg en naast natuurgebied het Noordsche Veld. In de afgelopen jaren zijn daar al 650 bewerkte vuurstenen en andere objecten gevonden. Ook ontdekten de onderzoekers op het perceel meer vuistbijlen dan in heel Noord-Nederland bij elkaar. Dat maakt de grond tot de grootste vindplaats van Neanderthaler-voorwerpen in de noordelijke helft van ons land.
Maar al die voorwerpen zijn aan de oppervlakte van het maaiveld gevonden. Door middel van boringen willen de onderzoekers nu letterlijk diepgravender onderzoek doen. “We beginnen met grondboringen, waarbij we monsters nemen van de diepe grondlagen. Aan de hand van plantresten en pollen kan een expert vervolgens het landschap van 50.000 jaar geleden reconstrueren.”
“Op basis van de concentratie aan vondsten gaan we ervan uit dat de Neanderthalers deze plek, over een periode van duizenden jaren, af en toe bezochten. Ze hebben hier dieren geslacht en vuurstenen geslepen om als werktuig te gebruiken. Kortom: ze hebben hier geleefd”, legt Take uit. De archeologen verheugen zich op het komende onderzoek in de komende twee jaar. “Een diepe wens is dat we een bot van een rendier of mammoet vinden, waar nog snijsporen op te zien zijn. Dat maakt het plaatje compleet.”