In de Griekse stad Mytilini is na zeven jaar wachten de rechtszaak begonnen tegen de Nederlandse hulpverlener Pieter Wittenberg (77) uit Peest. Na twee intensieve zittingsdagen besloot de rechtbank de behandeling uit te stellen tot 15 januari, zodat alle getuigenissen zorgvuldig kunnen worden beoordeeld.
Mensensmokkel en criminele organisatie
Wittenberg en 23 andere vrijwilligers worden beschuldigd van onder meer mensensmokkel en deelname aan een criminele organisatie. Volgens de verdediging gaat het om legitieme humanitaire hulp die onterecht als misdaad wordt bestempeld. De zaak wordt in Europa gezien als een belangrijk voorbeeld van de toenemende criminalisering van solidariteit.
Wittenberg verrast rechtbank
Tijdens de zittingen probeerden advocaten inconsistenties in verklaringen van politie en kustwacht bloot te leggen. Wittenberg verraste de rechtbank door zelf aan te tonen dat vrijwilligers fysiek geen boten in Turkse wateren kunnen zien, zoals in de aanklacht wordt beweerd.
Verlies van hun zoon
De emoties liepen op toen familieleden mochten getuigen. Wittenbergs vrouw Liesbeth vertelde hoe haar man na het verlies van hun zoon betekenis vond in het helpen van vluchtelingen. Haar emotionele verklaring bracht de zaal even tot volledige stilte.
Rechtszaak hervat
De zaak wordt op 15 januari hervat. Wittenberg hoopt op een volledige vrijspraak, en vooral dat humanitaire hulp op zee niet langer als crimineel wordt gezien.



