Hij heeft er maar liefst 264. Jan Hut (77) verzamelt koffiemolens. Waarom weet hij eigenlijk niet precies. Maar als hij er een ziet, dan moet hij ‘m hebben, zegt Jan. Misschien is het omdat hij er vroeger zelf vaak aan slingerde, thuis bij pa en moe. “En ik vind ze gewoon heel mooi”, zegt Hut. “De vorm. Vooral als ze mooi in de lak zitten.”
Hut vindt de meeste koffiemolens op rommelmarkten. Of in de kringloop. En soms krijgt hij ze cadeau. Laatst nog, van de buren. Een heel klein koffiemolentje. “De allerkleinste die ik heb.” Hut wordt er dolblij van. “Ik geef mensen een dikke smok als ik er een krijg.”
Verzameling verhuizen
Hut woont nu een jaar in Nieuw-Roden. Dat betekent dat hij vorig jaar de hele verzameling moest verhuizen. Zijn vrouw Jacquelien (73) en de kinderen stopten alle molentjes in dozen. Hij kan dit niet meer, sinds hij aan de ziekte van Parkinson leidt.
Daarom stalde Hut de boel thuis weer uit. “Die moest daar, en die moest daar”, weet zijn vrouw nog. “Man, wat een werk was dat!” Hut is heel precies als het aankomt op zijn verzameling. Alle 264 hendeltjes moeten naar rechts, om maar iets te noemen.
Lekker bezig blijven
Het is voor de verzamelaar heel belangrijk lekker bezig te blijven. Want voor Parkinson geldt: stilstaan is achteruitgang. “Als ik zitten blijf, dan begin ik te prakkiseren. En dan begint m’n arm ook nog veel meer te trillen.”
Zijn vrouw is hierdoor extra trots op hem. “Toen hij met de verzameling begon, had hij nog geen Parkinson. Maar toen hij deze ziekte kreeg, ging hij toch door. Dat bewonder ik. Er zijn ook heel veel mensen die zeggen: het wil niet meer, laat maar zitten. Maar dat doet hij niet.”
Foto: RTV Drenthe