Pinksteren wordt door veel mensen gevierd en op allerlei manieren, maar is eigenlijk een Christelijk feest. Christenen vieren de uitstorting van de Heilige Geest van God, en daarmee ook het begin van de kerk.
Volgens de Bijbel is Pinksteren precies vijftig dagen (letterlijk Pentecoste; de 50e dag) vanaf de opstanding van Jezus Christus uit de dood, op de zondagmorgen van Pasen.
Na de opstanding verscheen Jezus regelmatig aan zijn leerlingen, ook bekend als discipelen en apostelen. Veertig dagen na Pasen was de hemelvaart van Jezus. Tien dagen daarna de uitstorting van de Heilige Geest, die ontvangen wordt door iedereen die wil geloven in Jezus Christus. De Heilige Geest vervangt daarmee Jezus op aarde en wil aanwezig zijn in de gelovigen zelf. De Heilige Geest wordt door veel Christenen beleden als de derde persoon van de Goddelijke drie-eenheid, naast de Vader (eerste) en Jezus (tweede).
Vuurtongen en hevige wind
De uitstorting van de Heilige Geest wordt in de het Bijbelboek Handelingen beschreven als ‘tongen als van vuur’. Die kwamen op de volgelingen van Jezus, vergezeld van het geluid als een hevige windvlaag, in het vertrek waar ze waren. Ze begonnen toen spontaan in allerlei voor henzelf onbekende talen te spreken, over de verlossing door Jezus Christus. Om die reden ziet men wel afbeeldingen van het pinksterfeest met vuur (de kracht van de Geest) en ook vaak een witte duif (vrede en vriendelijkheid van de Geest).
Ontstaan van de kerk
Op die allereerste Pinksterdag ontstond door de uitstorting van de Geest de kerk, met de eerste drieduizend mensen. Veel kerken of gemeenten vieren het Pinksterfeest, wereldwijd. Vaak zijn er ook grote en feestelijke bijeenkomsten.