Veel jongeren weten niet goed wat schulden zijn. Dat blijkt uit onderzoek onder zo’n 800 middelbare scholieren in Groningen en Drenthe, zoals gepubliceerd op 15 oktober. Het onderzoek werd uitgevoerd via een samenwerking van het Sociaal Planbureau Groningen, Trendbureau Drenthe en Stichting Spaarkracht. Slechts vier op de tien scholieren zien een lening bij een bank of bedrijf als schuld. De helft vindt een studieschuld geen echte schuld.
Digitale betaalvormen
Slechts één op de vijf jongeren beschouwt ‘achteraf betalen’ via diensten als Klarna of Afterpay als schuld. Tegelijkertijd neemt het gebruik van zulke diensten toe, ook onder minderjarigen. Dat is opvallend, want voor jongeren onder de 18 jaar zijn deze betaalopties verboden.
Financiële weerbaarheid
Volgens de onderzoekers laat dit zien dat jongeren onvoldoende voorbereid zijn op financiële keuzes. De overheid wil daarom financiële educatie opnemen in het nieuwe curriculum en scherper toezicht houden op achteraf betaalmethoden. Julie-Marthe Lehmann van Stichting Spaarkracht noemt dit hard nodig: “Deze onwetendheid is risicovol, zeker nu jongeren steeds vaker gebruikmaken van digitale betaalopties zoals achteraf betalen.”
Behoefte aan onderwijs over geld
De helft van de jongeren wil meer leren over geld, sparen en budgetteren. Een even grote groep vindt dat er op school te weinig aandacht voor is. Onderwijs over geld moet duidelijk maken wat schulden zijn, hoe je met geld omgaat en waar je hulp kunt krijgen.
Praten over geld
Geld is vaak nog een taboe. Jongeren bespreken het meestal pas bij problemen. Volgens Lehmann helpt het om geld vaker bespreekbaar te maken, ook buiten het gezin. Door samen te praten en ervaringen te delen, groeit het bewustzijn over geldgedrag.
Digitale risico’s
Hoewel de meeste jongeren zeggen te sparen, gebruikt 18 procent achteraf betaalopties, gokt 13 procent online en handelt 11 procent in crypto of aandelen. 11 procent klinkt als redelijk veel. Maar volgens Julian Rengers van Trendbureau Drenthe weet je natuurlijk nooit of het helemaal conform de werkelijkheid is: “Het kan ook best zijn dat een jongere aangeeft te handelen in crypto of aandelen, maar dat die alleen maar regelmatig aandachtig met iemand meekijkt, die ermee handelt.” En voor wat betreft de leeftijden: “Dan gaat meestal het niet om 13- of 14-jarigen. Eerder om jongeren van richting de 18 jaar. Maar die geven misschien een andere geboortedatum op.” De geldplatforms zijn doorgaans makkelijk bereikbaar, ondanks wettelijke leeftijdsgrenzen. De onderzoekers pleiten voor betere voorlichting en handhaving.
Samen leren over geld
Stichting Spaarkracht organiseert zogeheten spaarlabs: bijeenkomsten waarin jongeren leren sparen en met elkaar praten over geld. De organisatie werkte mee aan het onderzoek en ontwikkelde lessen in de klas. De resultaten worden besproken met scholen en beleidsmakers om jongeren beter te ondersteunen bij financiële keuzes.