Een zilveren lepel en vork, een blikken bus en een schaats. Dat is alles wat nog herinnert aan de Joodse familie Gans uit Niezijl. Spullen die ze vlak voor hun deportatie in 1942 in bewaring gaven. Woensdag werden de lepel en vork weer overgedragen aan hun nazaten.
‘Ze zijn het meest gesleten door het poetsen’ zegt Henk Gerrits. Zijn ouders bewaarden het zilveren bestek van de familie Gans meer dan 80 jaar. ‘Het lag altijd bij ons op de hoek van de tafel,’ zegt Gerrits, ‘gekruist over elkaar. Na de dood van mijn ouders heb ik het bewaard en bij mij lag het ook altijd zo op tafel.’
In het trouwpak van haar man
Op de website Joodsmonument.nl is het verhaal van de familie Gans terug te vinden. Mozes Gans en zijn vrouw Henderina woonden aan de Hoofdstraat in Niezijl en hadden twee kinderen. Elly, geboren in 1916, en Abraham uit 1918. Mozes overleed bij een auto ongeval aan het begin van de oorlog en Henderina werd, terwijl ze al ernstig ziek was, naar Westerbork gestuurd waar ze in 1943 overleed. De kinderen Elly en Abraham werden vermoord in Auschwitz en Sobibor. Elly Gans was toen al getrouwd met Maurits Philips.
‘Toen ze thuis werd opgehaald droeg Elly het zwarte trouwpak van haar man, dat wilde ze op die manier meenemen naar Westerbork’ vertelt Hein Nauta van het Blik, Trommel en Oudhedenmuseum in Niezijl.
‘Een zilveren lepel en vork van haar man Maurits Philips hebben ze toen in bewaring gegeven bij de familie Gerrits.’
Bakker bewaarde het blik
Nauta: ‘Wij hebben in ons museum nog een blik van de familie Gans. Daar zat meel in, dat hadden ze bij de bakker gebracht om brood van te laten bakken, naar toen de bakker ’s ochtends op de stoep stond, waren de Duitsers er al om ze weg te voeren. Dat blik heeft de bakker altijd bewaard. En dat hebben wij nu in het museum.’
Na een lange speurtocht
‘Er staat al een aantal jaren een monument voor de familie Gans bij de kerk en voor de deur van hun huis liggen een aantal Stolpersteinen. Maar we zijn heel blij dat het bestek nu na een lange speurtocht terug gaat na een familielid’, aldus Nauta.
Na lang onderzoek werd een ver familielid gevonden: Rita Wierenga. Ze is blij met de lepel en vork: ‘Dankzij het bestek zijn ze niet weg. Er zijn mensen die van hen hebben geweten en hun verhaal verder vertellen. Zolang dat nog gebeurt, ben je er nog.’